Poëzieprogramma's
Poëzieweek 2015

Liefde, geluk en andere problemen 2
een poëzieprogramma over de liefde


poezieweek2015_klein (17K) 'Met zingen is de liefde begonnen' is het motto van de Poëzieweek 2015. Want, zo zeggen de organisatoren: niemand beter dan een dichter kan de complexiteit van de liefde bezingen: teder of vol passie, prille vlinders of reeds vertrouwde warmte, dromerige vreugde of hartverscheurend liefdesverdriet. Van middeleeuwse troubadours tot hedendaagse dichters, allemaal beschrijven zij de roerselen van het hart.

Hier is het duo Hoed en de Rand het roerend mee eens. Niet voor niets zingt het duo al jaren de mooiste, ontroerendste of grappigste liefdesgedichten. En: beide mannen van het duo schreven zelf ook prachtige liefdesliedjes die nauwelijks onderdoen voor de gezongen gedichten.

Hoed en de Rand is een duo dat zelf poëtische teksten schrijft en zingt, maar daarnaast gedichten van meer en minder bekende dichters op muziek zet. Peter van der Steen (zang en gitaar) en Jelle van der Meulen (zang en accordeon) hebben al diverse poëzieprogramma's gemaakt. Zo maakten zij voor de Boekenweek 2002 het programma 'Liefde, geluk en andere problemen'. In de Poëzieweek van 2015 (29 januari t/m 4 februari) spelen zij van dat programma een geheel nieuwe versie.

Natuurlijk: één van hun lievelingsgedichten, 'Voor een dag van morgen' van Hans Andreus, zit nog steeds in dat programma, net als 'Voor de verre prinses' van hun lievelingsdichter J. Slauerhoff. Nieuw in deze versie van het programma zijn twee korte gedichten van de Franse middeleeuwse dichteres Christine de Pizan in een vertaling van Willem Wilmink en een vertaling van het inmiddels klassieke 'Funeral Blues' van W.H. Auden. Speciaal voor dit programma wordt nieuw materiaal toegevoegd aan het repertoire van Hoed en de Rand via gedichten van Menno Wigman, Joost Zwagerman en Jan Hanlo.

Ook de 'Twee koningskinderen' van Gerrit Komrij krijgt een plaatsje in 'Liefde, geluk en andere problemen', samen met de gelijknamige middeleeuwse ballade.

Gerrit Komrij - Twee koningskinderen

Als alle mensen op hun handen liepen
En ankers bleven drijven op de Rijn,
Als oesters ongehoorde dingen riepen
En naalden ons doorstaken zonder pijn,

Als kangoeroes in hemelbedden sliepen
En mummies konden zingen in hun schrijn,
Als piramides soepel zouden zwiepen
en modderbaden geurden naar jasmijn,

Als reuzen gingen zwemmen in 't ondiepe
En er geen einde kwam aan dit refrein,
Dan hoorde ik een raamkozijn zacht piepen
En kuste jij me, dwars door het gordijn.

uit: Alle gedichten tot gisteren, 1994; oorspronkelijk uit De os op de klokkentoren (1982)

SPEELLIJST 'Liefde, geluk en andere problemen'
31-1-2015 Bergen, bibliotheek 15.00 uur
1-2-2015 Noordwijk, Het Cultuurcafé (boekhandel Van der Meer) 15.00 uur
3-2-2015 De Bilt, Bouwman Boeken, Hessenweg 168 20.00 uur
7-2-2015 Houten, Boekhandel Wijs, Spoorhaag 144-146 14.30-16.30 vrije inloop